17 februari 2025

Cursus over het gebruik van preposities - TOEIC® voorbereiding

Een docent van top-students.com die uitlegt welke prepositie je kiest na of voor een zelfstandig naamwoord in het Engels op een schoolbord met krijt. Deze cursus is een gespecialiseerde TOEIC® cursus ontworpen voor uitmuntendheid op het TOEIC® examen.

In het Engels worden bepaalde zelfstandige naamwoorden gevolgd of voorafgegaan door specifieke preposities om een bijzondere relatie of verbinding tussen het zelfstandig naamwoord en de rest van de zin uit te drukken.

De meest voorkomende preposities die vóór of na zelfstandige naamwoorden worden gebruikt zijn "of", "on", "for", "with", "to", "about", "in" en "at". Om te weten welke prepositie je moet gebruiken, is een van de meest effectieve methodes om de volgende lijsten uit je hoofd te leren.

Deze lijsten kennen kan je op de dag van de TOEIC® makkelijk punten opleveren, omdat je veel vragen over dit onderwerp zult tegenkomen (vooral in het leesgedeelte).

1. Vorming

Er bestaan algemene maar geen universele regels om te kiezen welke prepositie je gebruikt:

1. AT / IN / ON : Locatiepreposities

AT : Gebruikt voor een specifiek punt of een specifieke plaats.
- « She is at the bus stop. » - Zij is bij de bushalte.
IN : Gebruikt voor een afgesloten ruimte of een grotere plaats zoals een stad, een land, enz.
- « He lives in Paris. » - Hij woont in Parijs.
ON : Gebruikt voor een oppervlak of voor plaatsen die verband houden met gebeurtenissen of verplaatsingen.
- « The book is on the table. » - Het boek ligt op de tafel.

2. FOR / TO : Preposities van intentie of doel

FOR : Gebruikt om het doel of de reden van een actie aan te geven.
- « This gift is for you. » - Dit cadeau is voor jou.
TO : Gebruikt om een beweging of richting uit te drukken, maar ook om het doel aan te geven na bepaalde werkwoorden zoals "go", "come", enz.
- « She went to the store. » - Zij ging naar de winkel.

3. IN / OF : Preposities om variaties uit te drukken (toename of afname)

IN / OF : deze 2 preposities worden gebruikt na een zelfstandig naamwoord om over een toename of afname te spreken.
- IN is relatief algemeen: « There was a rise in temperature. » - Er was een stijging in de temperatuur.
- OF wordt vaak gevolgd door een "nummer" (een bedrag, een waarde): « There was a reduction of 50%. » - Er was een vermindering van 50%.

4. WITH / WITHOUT : Preposities van begeleiding of uitsluiting

WITH : Geeft begeleiding, het gebruik van een hulpmiddel of een associatie aan.
- « He came with his friend. » - Hij kwam met zijn vriend.
WITHOUT : Geeft afwezigheid of uitsluiting aan.
- « She left without her phone. » - Zij vertrok zonder haar telefoon.

5. ABOUT / OF : Preposities van onderwerp of bezit

ABOUT : Gebruikt om het onderwerp van een gesprek, gedachte of emotie aan te geven.
- « They talked about the new project. » - Zij spraken over het nieuwe project.
OF : Gebruikt om bezit of een specifieke relatie tussen twee elementen aan te geven.
- « The color of the sky. » - De kleur van de lucht.

6. BY / WITH : Preposities van middel

BY : Gebruikt om de uitvoerder van een handeling of het vervoermiddel aan te geven.
- « The book was written by the author. » - Het boek is geschreven door de auteur.
- « She traveled by car. » - Zij reisde met de auto.
WITH : Gebruikt om het gereedschap of het voorwerp aan te geven waarmee een handeling wordt verricht.
- « He cut the paper with scissors. » - Hij knipte het papier met een schaar.

7. FROM / TO : Preposities van oorsprong en bestemming

FROM : Geeft het vertrekpunt, de oorsprong of herkomst aan.
- « She is from Italy. » - Zij komt uit Italië.
TO : Geeft de bestemming of het eindpunt aan.
- « They are going to the park. » - Zij gaan naar het park.

2. Lijst van zelfstandige naamwoorden voorafgegaan door een prepositie (uit het hoofd leren)

Prepositie + zelfstandig naamwoord	Vertaling
at a distance	op afstand
at a good price	voor een goede prijs
at a loss	met verlies
at a profit/loss	met winst/verlies
at cost price	tegen kostprijs
at fault	schuldig, verantwoordelijk
at risk	in gevaar
at short notice	op korte termijn
at the helm	aan het roer
at your convenience	wanneer het u uitkomt
by accident	per ongeluk
by airmail/email	per luchtpost/e-mail
by all means	absoluut, zeker
by car/bus	met de auto/bus
by chance	toevallig
by cheque/credit card	met cheque/creditcard
by coincidence	toevallig
by hand	met de hand
by law	volgens de wet
by mistake	per vergissing
by post	per post
by the book	volgens de regels
for a change	voor de verandering
for good	voorgoed
for lunch	voor de lunch
for sale	te koop
for the time being	voorlopig
in a hurry	gehaast
in accordance with	in overeenstemming met
in advance	van tevoren
in bulk	in bulk
in charge of	verantwoordelijk voor
in collaboration with	in samenwerking met
in compliance with	in overeenstemming met
in debt	in de schulden
in general	in het algemeen
in light of	gezien
in my opinion	naar mijn mening
in person	persoonlijk
in response to	als reactie op
in stock	op voorraad
in the end	uiteindelijk
in the loop	op de hoogte
in writing	schriftelijk
on application	op aanvraag
on behalf of	namens
on business	zakelijk
on foot	te voet
on hold	in de wacht
on holiday	op vakantie
on loan	in bruikleen
on order	in bestelling
on purpose	expres
on sale	in de verkoop
on the agenda	op de agenda
on the market	op de markt
on the same page	eensgezind
on the whole	over het geheel genomen
on time	op tijd
out of date	verlopen
out of order	buiten werking
out of stock	niet op voorraad
out of the blue	uit het niets
to my mind	naar mijn idee
under contract	onder contract
under control	onder controle
under pressure	onder druk
under review	in behandeling

3. Lijst van zelfstandige naamwoorden gevolgd door een prepositie (uit het hoofd leren)

Zelfstandig naamwoord + Prepositie	Vertaling
access to	toegang tot
advantage of	voordeel van
advice on	advies over
alternative to	alternatief voor
application for	sollicitatie voor
attention to	aandacht voor
basis for	basis voor
benefit of	voordeel van
cause of	oorzaak van
cheque for	cheque voor
connection with/to	verbinding met/tot
cost of	kosten van
demand for	vraag naar
difference between	verschil tussen
effect on	effect op
example of	voorbeeld van
experience of/in	ervaring van/in
fall in/of	daling van
increase/decrease in/of	stijging/daling van
interest in	interesse in
invitation to	uitnodiging voor
key to	sleutel tot/voor
lack of	gebrek aan
matter with	probleem met
need for	behoefte aan
opinion of	mening van
order for	bestelling voor
participation in	deelname aan
preparation for	voorbereiding voor
price of	prijs van
reason for	reden voor
reply to	antwoord op
request for	verzoek om
response to	reactie op
rise in/of	stijging van
solution for	oplossing voor
solution to	oplossing voor/tot
tax on	belasting op
trouble with	probleem met
understanding of	begrip van

Conclusie

Vragen over preposities zijn alomtegenwoordig in de TOEIC®.

Ook al lijkt het ingewikkeld om deze lijsten uit het hoofd te leren, het is de moeite waard omdat je TOEIC® punten vrij makkelijk kunt verdienen.

We weten dat het lastig kan zijn om dit allemaal te onthouden, daarom werken we aan spelletjes om je te helpen deze lijsten te onthouden. Als je deze spelletjes wilt proberen, klik dan op de knop om hieronder het platform te joinen!

Ondertussen, als je op zoek bent naar andere van dit soort lijsten, bekijk dan gerust deze andere artikelen: