Volledige grammaticacursus - TOEIC® voorbereiding

Welkom bij onze volledige cursus / gids over grammatica voor de TOEIC®! Deze cursus is ontworpen om jou te helpen de subtiliteiten van de Engelse grammatica te beheersen, wat essentieel is om te slagen voor het TOEIC® examen.

Of je nu beginner bent of je vaardigheden wilt verfijnen, deze gids biedt je uitleg en voorbeelden om de Engelse grammatica optimaal te begrijpen.

Om deze cursus begrijpelijker te maken, hebben we hem opgesplitst in verschillende sub-cursussen, die je kunt raadplegen door op de links hieronder te klikken.

1. Introductie

Hier is de eerste cursus die je moet lezen voordat je aan de andere begint. Deze cursus geeft je een goede basis in Engelse grammatica.

• 🔗 Cursus over grammaticale categorieën voor de TOEIC®

2. Woordsoorten

A. De zelfstandige naamwoorden

• 🔗 Cursus over zelfstandige naamwoorden voor de TOEIC®

B. De voornaamwoorden

• 🔗 Cursus over voornaamwoorden voor de TOEIC®

C. De determinatoren

• 🔗 Cursus over lidwoorden voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over het bezittelijk en aanwijzend voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over kwantoren voor de TOEIC®

D. De bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden

• 🔗 Cursus over bijvoeglijke naamwoorden voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over bijwoorden voor de TOEIC®

E. De werkwoorden

• 🔗 Cursus over modale werkwoorden voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over dynamische werkwoorden (actie) voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over statische werkwoorden (toestand) voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over onregelmatige werkwoorden voor de TOEIC®

F. De voorzetsels

• 🔗 Cursus over voorzetsels voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over welke voorzetsel je kiest na een werkwoord voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over welke voorzetsel je kiest na een bijvoeglijk naamwoord voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over welke voorzetsel je kiest na of voor een zelfstandig naamwoord voor de TOEIC®

G. De verbindingswoorden

• 🔗 Cursus over verbindingswoorden voor de TOEIC®

3. De vervoeging en verbale vormen

A. De Present

• 🔗 Cursus over de Present voor de TOEIC®

B. De Past

• 🔗 Cursus over de Past voor de TOEIC®

C. De Perfect

• 🔗 Cursus over de Perfect voor de TOEIC®

D. De Future

• 🔗 Cursus over de Future voor de TOEIC®

E. Speciale vormen en constructies

• 🔗 Cursus over de Conditional voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over de Subjunctive voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over de Passive voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over de Causative voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over de Gerund en Infinitive voor de TOEIC®
• 🔗 Cursus over de keuze tussen be used to do en used to do voor de TOEIC®

F. Werkwoorden en hun bijzonderheden

• 🔗 Cursus over Partikelwerkwoorden (phrasal verbs) voor de TOEIC®

3. De syntaxis en zinsbouw

A. Vragende zinnen

• 🔗 Cursus over vragen voor de TOEIC®

B. Ontkenningen

• 🔗 Cursus over ontkenningen voor de TOEIC®

C. De vergrotende en overtreffende trap

• 🔗 Cursus over de Comparative en Superlative voor de TOEIC®

D. Directe en indirecte rede

• 🔗 Cursus over direct en indirect speech voor de TOEIC®